![]() ![]() STIEL2008
Redactioneel NS sloopt wachtershuis Licht op Steenstraat 10 Plan voor Nieuw Werklust Rubriek Monument: Strokartonfabriek In gesprek met oliebollenbakkers Overdevest en Brouwer
|
Inhoud van dit nummer: | ||
pagina 3 | Leiden Centraal op monumentenlijst | |
pagina 5 | Watertoren in de verkoop | |
pagina 6 | STIEL in actie | |
pagina 9 | Landhoofd trambrug gesloopt | |
pagina 11 | Week van de keramiek in Leiderdorp | |
pagina 12 | Groeninjectie voor de Bollenstreek | |
pagina 13 | Een leven tussen het leer |
Redactioneel
De Oude Kaart van Nederland
Wonen in voormalige kerken, oude fabriekshallen en watertorens is trendy, meldt het rapport De Oude Kaart van Nederland: Leegstand en Herbestemming uit mei 2008. Dat wisten we in Leiden al. Kijk maar naar alle voorstellen voor het hergebruik van de watertoren aan de Hoge Rijndijk (te zien bij het RAP) of de plannen voor de Meelfabriek. Toch zet de Rijksadviseur voor Cultureel Erfgoed Fons Asselbergs terecht leegstand en herbestemming op de politieke agenda. Ook in Leiden weten we dat leegstand en gebrek aan herbestemmingsplannen tot het verdwijnen van industrieel erfgoed leiden. Het lot van het Parmentiercomplex was al een vroege, belangrijke les voor STIEL.
De Rijksadviseur spoort landelijke, provinciale en gemeentelijke overheden aan vooruit te denken over het lot van bepaalde gebieden en panden om leegstand te voorkomen. Al te gemakkelijk worden zeker na-oorlogse gebouwen gesloopt, meldt hij met zorg. STIEL heeft afgelopen maanden aan de Rooseveltstraat haar steentje nog mogen bijdragen om bijzondere industriële herinneringen uit die tijd te bewaren.
Gelukkig is er in Leiden nu een inventarisatie gaande van Wederopbouwarchitectuur waarbij onder anderen de Leidse architect Fons Verheijen betrokken is. Dat geeft basis om niet onbezonnen tot sloop of verbouw over te gaan.
De Rijksadviseur benadrukt in zijn rapport ook dat het maatschappelijk rendement (behoud van erfgoed en architectonische waarde) naast financiële opbrengsten niet moeten worden vergeten. Het zou een open deur moeten zijn, maar het blijft helaas nodig dat het moet worden benadrukt. Het rapport heeft verder al wat voorwerk verricht door een eerste indruk te geven van leegstand.
De nog lang niet volledige inventarisatie is te zien op www.oudekaartnederland.nl.
Daarnaast geeft Asselbergs adviezen, zoals het invoeren van een leegstandbelasting.
Het klinkt mooi, maar het kan ook ongewenste financiële druk uitoefenen op eigenaren om snel plannen te ontwikkelen. Soms kost herbestemming van industrieel of ander erfgoed nu eenmaal tijd. Denk maar aan de Meelfabriek.
Het rapport meldt overigens dat misschien al in 2009 of 2010 de eerste bewoner daarin zou kunnen komen wonen. Dat klinkt wel erg optimistisch. Gelukkig kan de Meelfabriek tegen een stootje. Bovendien zijn er concrete plannen op komst, zo berichtte het Leidsch Dagblad deze zomer. Hopelijk is daar in de komende STIELZ meer over te melden uit de eerste hand.
Uw interim-voorzitter Hans Vollaard
LEIDEN CENTRAAL OP MONUMENTENLIJST NS
In het recente verleden stond de Nederlandse Spoorwegen niet bekend om zijn voorliefde voor monumenten. Menig negentiende-eeuws of begin twintigste-eeuws stationnetje moest het veld ruimen. Maar in 2008 is er sprake van een radicale ommekeer: NS gaat een eigen monumentenlijst invoeren met daarop tientallen naoorlogse stations die niet beschermd zijn. Het nieuwste station op deze lijst is Leiden Centraal, dat in 1996 tot stand kwam. Bijzonder aan het Leidse station is de glazen kooiconstructie.
LEIDSE WATERTOREN TE KOOP AANGEBODEN
De gemeente Leiden heeft de monumentale watertoren aan de Hoge Rijndijk te koop aangeboden. Het hoogste bod is niet zonder meer bepalend, ook een projectbeschrijving en een schetsplan moeten op tafel komen en tellen mee. Het bouwplan zal worden getoetst aan de Monumentenwet 1988. De voorkeur gaat uit naar een (gedeeltelijk) openbare bestemming van de toren, die honderd jaar oud is. Aspirant-kopers kunnen zich tot 23 september melden bij Meeus Makelaars.
WEEK VAN DE KERAMIEK IN LEIDERDORP
De Leidse regio is van oudsher verbonden met keramiek. Langs de Oude Rijn rookten al sinds de Middeleeuwen steenbakkerijen. Rond 1900 streek hier ook een aantal pottenbakkers neer die kunstaardewerk vervaardigden. Genoeg reden om van 25 oktober t/m 2 november 2008 de Week van de keramiek te vieren. Die vindt plaats in de gemeenten Katwijk, Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest.In Leiderdorp staat de enige nog werkende kleiwarenfabriek van de regio, de firma Gebr. Ginjaar. Op 1 en 2 november vormt dit bijzondere complex met zijn karakteristieke ovens en fabrieksschoorstenen het decor voor een divers en aantrekkelijk programma.
GROENINJECTIE VOOR DE BOLLENSTREEK
In de komende anderhalf jaar worden in de Duin- en Bollenstreek op allerlei plaatsen hagen, bomen en houtsingels aangeplant. Daardoor wordt het oorspronkelijke cultuurlandschap hersteld en ook de belevingswaarde van deze streek vergroot.
AFSCHEID VAN SCHOENMAKERIJ ELZET - een leven tussen het leer
Toen Jan Leeflang in 1968 bij schoenmakerij Elzet in dienst trad, had Leiden nog rond de vijfentwintig schoenmakers. Meer recent was Leeflang één van de weinigen die het oude ambacht nog in stand hielden. Schoenmakerij Elzet sloot op 28 juni de deuren, Leeflang kijkt terug op zijn jaren "tussen het leer".
Inhoud van dit nummer: | ||
pagina 3 | STIEL wil laatste wachterswoning behouden | |
pagina 6 | Een echte Leidse winkel: Hema Leiden 70 jaar | |
pagina 10 | Prijsvraag Leidse watertoren | |
pagina 11 | Uit Leiden en regio | |
pagina 12 | Waarom Leidse buurgemeenten groen bleven | |
pagina 17 | Jaarverslag STIEL over 2007 |
Redactioneel
Afscheid van een voorzitter
Onlangs bezocht ik de mijn La Bois du Cazier in Marcinelle (vlakbij Charleroi in Wallonië), waar op 8 augustus 1956 bij een brand 262 vooral Italiaanse mijnwerkers om het leven kwamen. Oudere mensen zullen zich die ramp nog wel herinneren. De ramp kreeg veel aandacht in het nieuws. Er is in 2006 een museum van de mijn gemaakt. Naast uitleg over de ramp, toont het museum het kapitaal en de technische innovaties die de mijnindustrie in Wallonië groot hebben gemaakt. Hoe indrukwekkend dat ook mag zijn, mijnwerkers hebben daar lang niet altijd plezier aan beleefd. Al snel hadden ze weinig geloof meer in Heer en meester, en zochten hun heil bij de Belgische Werkliedenpartij of de communisten. Omdat na de Tweede Wereldoorlog steeds meer Belgen de slechte arbeidsomstandigheden in de mijnen niet meer pikten, werden er toen veel Italianen geworven (soms onder valse voorwendselen). Pas na de ramp in Marcinelle kwam in het lot van mijnwerkers substantiële verbetering. De strijd tussen het liberale kapitaal en socialistische arbeid heeft vooral op Waalse politiek een zwaar stempel gedrukt.
België komt nu vooral in het nieuws met de taalstrijd tussen Nederlandstaligen en Franstaligen. De voortdurende regeringsvorming sinds de nationale verkiezingen van juni 2007 wordt zo verklaard uit taalkwesties als de verfransing van Vlaamse gemeentes rondom Brussel. Die aandacht voor taal versluiert echter de strijd om sociaal-economisch beleid. Vormden in Wallonië begrijpelijkerwijs de socialisten lange tijd de grootste partij, in 2007 wonnen de liberalen voor het eerst meer stemmen. De oorspronkelijke wens van Vlaamse en Waalse liberalen om de Waalse socialisten buiten de regering te houden, heeft de regeringsonderhandelingen er niet gemakkelijker op gemaakt.
Industriële geschiedenis herbergt dus lang niet altijd een vrolijke geschiedenis, en laat politieke sporen na tot de dag van vandaag. Als politicoloog ben ik daar natuurlijk door geboeid. Mijn werk als universitair docent boeit zelfs zoveel, dat ik als voorzitter van STIEL afscheid moet nemen. Drie jaar voorzitterschap hebben mij laten zien dat industrieel erfgoed het bewaren waard is, omdat het herinnert aan de (soms letterlijke) zwarte kant van de geschiedenis. Ik heb het eer gevonden om uw voorzitter te zijn. Binnenkort zal STIEL melden wie mij opvolgt.
Hans Vollaard
STIEL WIL BEHOUD VAN LAATSTE WACHTERSWONING
Aan de Haagweg, met de huisnummers 8 en 10, staat tussen de voormalige Ambachtsschool (zie STIELZ nr. 1, maart 2006) en de spoorlijn de dubbele overwegwachterswoning uit 1878. Deze is gebouwd tijdens de aanleg van de spoorlijn Leiden - Woerden, die op 14 oktober van dat jaar officieel in gebruik werd genomen. Het is de enige die na 130 jaar nog over is van 13 soortgelijke woningen, en volgens sommigen het enige nog in vrijwel oorspronkelijke staat overgebleven gebouw langs deze spoorlijn. STIEL heeft op 19 maart jl. aan B. en W. gevraagd, dit gebouw als beschermwaardig op te nemen in de gemeentelijke monumentenlijst.
HEMA LEIDEN 70 JAAR
Op 20 augustus 1937, twee uur ’s middags, vond de feestelijke opening plaats van het Leidse filiaal van de N.V. Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij Amsterdam, kortweg de Hema. Bij gelegenheid van de viering van (ruim) 70 jaar Hema in Leiden wordt er vanaf begin juli in het stadhuis en het stadsbouwhuis een kleine tentoonstelling gehouden, waarbij typische Hemaproducten en oud fotomateriaal zorgen voor een feest der herkenning. Ter gelegenheid van dit lustrum sprak Stielz met een drietal oud-werkneemsters van de Hema.
LEIDSE WATERTOREN OP WEG NAAR HERBESTEMING
De Leidse watertoren, honderd jaar geleden gebouwd, lijkt op weg naar een nieuwe bestemming. De gemeente, eigenaresse van de toren, heeft een ideeënprijsvraag gelanceerd, die een goed ontwerp voor herbestemming moet opleveren. Opmerkelijke voorwaarde: de toren moet in de toekomst geheel of ten dele toegankelijk zijn voor het publiek. De toren zou dus een nieuwe bestemming kunnen krijgen als restaurant, galerie of uitkijktoren.
VERBOD OP BUITENNERING HIELD OEGSTGEEST EN LEIDERDORP GROEN
Zo'n vier eeuwen lang wist het stadsbestuur van Leiden met medewerking van het gewest Holland te voorkomen dat zich buiten de stadswallen in de aanpalende gemeenten een concurrerende nijverheid zou ontwikkelen. Dit artikel bespreekt motieven en gevolgen van dit verbod op de zogeheten buitennering. Dit Leidse regionaal anti-industrieel beleid speelde zich af in de late middeleeuwen en de nieuwe tijd tot circa 1800.
Inhoud van dit nummer: | ||
pagina 3 | Presentatie boek over kinderarbeid | |
pagina 7 | Historische gevelreclames weer in trek | |
pagina 10 | De steendrukkerij firma Trap | |
pagina 15 | Enorme zaak, enorme stoel | |
pagina 17 | Trekvaart van belang voor economie | |
pagina 21 | Bedrijfsarchieven / Energetica geeft strijd op |
Redactioneel
In ons boek over kinderarbeid is er aandacht voor het kamerlid Sam van Houten, die het wetsvoorstel indiende om kinderarbeid in te perken tegen de wil van veel fabrikanten en het liberaal-conservatieve establishment in. Oud-wethouder Rogier van der Sande sprak daarom bij de presentatie van het boek over het belang van lef van politici en bestuurders om keuzes te maken tegen de heersende stroom in (zie elders in dit nummer een verslag van de presentatie).
Van Houten heeft een belangrijke rol gespeeld in de Leidse regio. Als minister van binnenlandse zaken heeft hij in 1896 de wet tot stand gebracht die Leiden uitbreidde met grondgebied van Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude. Lang is gemeentelijke herindeling uit het nieuws geweest, maar sinds de jaren '60, en zeker sinds de jaren '90 staan ze weer op de bestuurlijke agenda. Een gemeente heet al snel te klein om nog zelfstandig allerlei functies te vervullen. Het getuigt daarom nu van lef om te pleiten voor het behoud van kleinere gemeenten. Er zijn echter goede argumenten voor. Ze kunnen soms toegankelijker zijn voor burgers, en vormen vaak een historisch gevormde gemeenschap (dat spreekt een historische organisatie natuurlijk aan). Bovendien blijkt hun bestuurskracht helemaal niet zo slecht. Zo gaven rapporten aan dat de bestuurskracht van Zoeterwoude sterker zou zijn dan van Leiden.
U zult mij dus niet horen pleiten om in navolging van Van Houten Zoeterwoude bij Leiden te voegen. Toch zou Zoeterwoude één aspect van Leiden mogen overnemen.
De gemeente Leiden toont steeds vaker een historische reflex. In de Erfgoednota uit 2006 zegde zij al toe bij alle besluiten op het vlak van ruimtelijke ordening (zoals bestemmingsplannen) speciaal stil te staan bij de gevolgen voor het historisch erfgoed. Ook zijn de Leidse stadsbestuurders bereid om met de Leidse historische organisaties te overleggen over monumentale en historische kwesties.
Ook wordt STIEL zelf gepolst bij planontwikkeling vanwege haar betrokkenheid bij industrieel erfgoed. Vooraf kennis en kunde kunnen leveren over de industriële waarde van panden, kan verzet achteraf tegen overheidsbeslissingen voorkomen.
Een historische reflex bij het stadsbestuur helpt zo niet alleen de besluitvorming te bespoedigen, maar ook de herinnering aan het verleden levend te houden.
In Zoeterwoude wil het tot verdriet van de monumentencommissie nog niet echt vlotten met de erkenning van erfgoed op bijvoorbeeld het Omtzigt-terrein aan de Oude Rijn. De ontwikkeling van een historische reflex zou het bestuur van zo'n oud dorp sieren. Het lef dat Zoeterwoudse bestuurders al hebben om te pleiten voor het behoud van Zoeterwoude, zou daarom aangevuld mogen worden met lef om Zoeterwoudse geschiedenis te bewaren tegen de bouwstroom in.
Hans Vollaard
Presentatie boek over kinderarbeid
In samenwerking met de Dirk van Eck-stichting en uitgeverij Primavera Pers heeft STIEL gezorgd voor een verfrissende, in onze tijd passende heruitgaaf van J.J. Cremer’s novelle Fabriekskinderen, die in 1863 het licht zag. Cremer richtte zich in zijn werkstuk vol dramatiek, dat zich in Leiden afspeelt, tegen de kinderarbeid. Op 7 maart 1863 droeg Cremer zijn novelle voor in het Haagse Diligentia. Het zou nog elf jaar duren voordat het kinderwetje van de liberaal Samuel van Houten de ergste uitwassen van de kinderarbeid beteugelde. Op 7 maart van dit jaar – precies 145 jaar later – vond de presentatie van de nieuwste heruitgaaf van Cremer’s werkstuk plaats. STIEL-voorzitter Hans Vollaard bood de liberaal Rogier van der Sande, oud-wethouder van Leiden en vice-voorzitter van de landelijke VVD, het eerste exemplaar van het boek aan tijdens een bijeenkomst in het Scheltema-complex.
Historische gevelreclames weer in trek
Jarenlang keek niemand er naar om, maar nu beleven historische muurreclames een revival.
Eenmaal gerestaureerd, geven ze stad en platteland een kleurig aanzien en houden ze de herinnering aan voorbije tijden levend. Naar een goed Hollandse traditie is er stichting voor activiteiten op dit gebied, de Stichting Tekens aan de Wand, die al langer bestaat maar begin dit jaar besloot om meer in de openbaarheid te treden. In eerste aanleg met een themabijeenkomst en ingebruikneming van een eigen website www.historischegevelreclames.nl.
Enorme zaak, enorme stoel
Het was een echte blikvanger in de Haarlemmerstraat: de enorme houten stoel die jarenlang voor het pand van meubelfirma Wisse & Snelderwaard stond. De stoel trekt nog steeds de aandacht, nu echter midden in een woonwijk in Voorschoten waar Gerard Wisse met zijn vrouw Karin terugkijkt op de rijke geschiedenis van de laatste grote meubelzaak in het centrum van Leiden.
Trekvaart van belang voor economie
De nu 350-jarige trekvaart Haarlem – Leiden is eeuwenlang van grote economische betekenis geweest voor zowel beide steden als het gehele, dertig kilometer lange tussengebied. Vanaf de zeventiende eeuw vestigden zich tal van uitspanningen, buurtschappen, woonwijken en bedrijventerreinen langs de route van de trekschuit. De jaagpaden transformeerden gaandeweg tot drukke verkeerswegen en ook de treinverbinding werd halverwege de 19e eeuw pal naast de vaart aangelegd. Met recht kan worden gesteld dat de Leidse- ofwel Haarlemmertrekvaart vanaf de 17e eeuw (beeld)bepalend is geweest voor de ontwikkeling van het omliggende gebied.